Beleids en beheerplannen

Beleidsplan

Het beleidsplan vormt de basis waarmee de gemeenteraad keuzes maakt in ambitie (kwaliteitsniveau), de risico’s bij de ambitie en de bijbehorende onderhoudsbudgetten om het kapitaalgoed op het gewenste niveau te beheren. 
In het beleidsplan worden de kaders en randvoorwaarden vastgelegd, de ambities bepaald en het benodigd budget om het onderhoud op het gewenste kwaliteitsniveau uit te kunnen voeren. Kaders worden bepaald op basis van bredere ambities en landelijke richtlijnen en wetgeving De gemeenteraad stelt het beleidsplan en daarmee het onderhoudsbudget vast. 

Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten (BBV) 
(onderdeel van Beleidsplan)

De gemeentelijke begroting wordt getoetst door de provincie volgens, in overeenstemming met de richtlijnen van de BBV. Hierin staat o.a. het volgende vermeld: De gemeenteraad en het college moeten inzicht geven in de benodigde onderhouds-budgetten, op een financieel transparante wijze, op grond van artikel 12 BBV (Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten). Voor het beheer van de openbare ruimte is het gebruiken van een systematiek wettelijk verplicht. De begroting moet voortvloeien uit beleidskaders en de financiële consequenties daarvan. 
”Een essentieel onderdeel van de inhoud van deze begrotingsparagraaf (paragraaf kapitaalgoederen) wordt bepaald door het gekozen ambitieniveau, de staat van onderhoud van de desbetreffende kapitaalgoederen en de kosten die hiermee gemoeid zijn. Hierbij dient in acht te worden genomen dat achterstallig onderhoud leidt tot kapitaalvernietiging en afwaardering. 
In het beleidsplan wordt de ambitie (gewenst kwaliteitsniveau) en onderhouds- en vervangingsbudgetten vastgesteld. 

Beheerplan 

Aan de hand van de gemaakte keuzes wordt een beheerplan opgesteld. In het beheerplan wordt onderbouwd hoe dit onderhoudsbudget ingezet wordt om het gewenste onderhoudsniveau te behalen en te behouden. Budgetten voor het klein onderhoud komen uit de exploitatie, het groot onderhoud uit de meerjarenplanningen worden gefinancierd met een voorziening. 
Het beheerplan is uitvoeringsgericht en bevat geen nieuw vast te stellen budgetten. Het is daarom aan het college van B&W om deze te accorderen. 
Met de paragraaf kapitaalgoederen in de begroting, wordt de raad jaarlijks op de hoogte gebracht van de uitgave van het onderhoudsbudget en het verloop van de kwaliteit. Het opstellen van het beheerplan start na vaststelling van het beleidsplan met bijbehorende ambitie en budgetten. 
In het beheerproces valt het beheerplan onder het tactisch niveau. De input voor het beheerplan zijn naast het beleidsplan de inspecties die de huidige kwaliteit aangeven. Uit de inspectie blijkt wat de kwaliteit is, of er bijgestuurd moet worden en of er extra geld nodig is om een eventuele achterstand in te lopen. Aan de ander kant van de cirkel wordt het beheerplan en een meerjarenplanning opgesteld. In deze fase vindt de integrale afweging van de planning plaats met de overige disciplines voor zowel onderhoud als nieuwe aanleg en reconstructies. 

Onderhoudsplan of uitvoeringsplan

Na het afronden van het beheerplan met meerjarenplanning word t een onderhoudsplan opgesteld. In het onderhoudsplan of jaarplan staan de projecten voor het komende uitvoeringsjaar en voor het jaar erop die een langere voorbereidingstijd nodig hebben. In het jaarplan staan de projecten, de onderhoudsmaatregel, de omvang en de kosten benoemd. Het onderhoudsplan , inclusief het voorstel voor de benodigde maatregelen en de benodigde budgetten. 
Het vaststellen van het onderhoudsplan is aan de afdelingsmanager als onderbouwing van het de uitgave van het onderhoudsbudget en zal tevens gebruikt worden voor de verantwoording van de uitgave van het onderhoudsbudget. 
 In deze stap van de beheercirkel zit, naast het opstellen van het onderhoudsplan, het voorbereiden van de werkzaamheden en het uitvoeren. Meer hierover lees je in het beheerproces.
Share by: